top of page

 

‘Boomers

​

       

‘Dat snappen jullie niet, want jullie zijn boomers!’ Deze krachtige uitspraak wordt gedaan nadat broer en zus in een deuk liggen over een filmpje, waar wij de clou niet van begrijpen.

Het woord blijft even in de warme lucht boven de schalen op de eetkamertafel hangen. De verbaasde blikken van mijn man en mij kruisen elkaar; zijn wij boomers?’

 

Mijn man doet nog een poging het begrip ‘babyboomer’ toe te lichten, maar dat schijnt het toch écht niet te zijn. Zelf denk ik bij het woord ‘boomer’ aan een lief klein hondje van een oud omaatje. Ook fout.

Op onze vraag wat het dan wel is, antwoordt mijn dochter kort en bondig: ‘nou dat zijn gewoon mensen zoals jullie, die met één vinger op hun telefoon typen, geen snapchat hebben,  Tiktokfilmpjes niet snappen en heel veel zeuren!’

Hierbij wordt een korte imitatie van mij gedaan, terwijl ik een bericht op mijn telefoon typ met één vinger, gevolgd door een imitatie hoe ik vraag een klusje te doen. Eerlijk is eerlijk, het is (helaas) een zeer goede imitatie.

 

Daar zitten we dan aan de eetkamertafel, de boomers en de millenniums. Tussen ons in gaapt een generatiekloof waar met de grootst mogelijke aanloop niet overheen te springen is. Misschien dat we nog met één vinger (die ene waarmee we typen) tijdelijk aan een tak blijven hangen. Maar onvermijdelijk zullen we meegevoerd worden door de rivier van onkunde en onbegrip onderin de kloof. Wij boomers doen ons best; we hebben mobiele telefoons, Facebook en Instagram, we kijken naar Netflix, werken met Skype en Teams, sporten en dragen moderne kleding. Toch redden we het niet.

 

Gelukkig is er nog een lichtpuntje. Boomers blijken toch een aantal belangrijke functies te hebben.

Ze zorgen voor proviand en schone kleren. Ze zijn gastvrij en halen je op na een avondje bier en meer. En zo heeft de boomer toch nog een belangrijke bijdrage aan het leven van de millennium.

Het klinkt in ieder geval beter dan de ‘Generatie Nix’ waar wij qua leeftijd toe behoren.

 

Ik ga zo, als volbloed boomer, vragen wie de tafel wil afruimen …

Gepubliceerd in het tijdschrift Margriet nummer 

27/2020

Foto bij blog Boomers.jpg

 

‘Discussie’

 

‘Je hoeft niet te denken dat je alles weet!’. Aan tafel is een pittige discussie gaande tussen mijn zoon en dochter. ‘Jij zit daar niet op school, ík wél!’. Ze dient hem stevig van repliek. De tijd dat hij haar de baas kon is al lang voorbij. ‘Gelukkig zit ik niet op die opleiding, bij al die debielen!’. Ik zie zijn mondhoek iets krullen. Prachtig vindt hij het om zijn zusje op de kast te jagen. Ik kijk naar Ruud, hij laat ze rustig achterover leunend hun strijd uitvechten. 

 

Opeens verlang ik terug naar de ‘hij slaat mij, zij knijpt mij’ periode. Uit pedagogische onmacht stuurde ik ze in zo’n situatie allebei naar hun kamer. Opvoeden is nu eenmaal niet mijn ding. Als ik later naar boven ging voor hét gesprek, vond ik ze samen vrolijk spelend met de playmobil op zolder! Sta je dan met je goede gesprek…

 

Ik kijk naar mijn ruziënde kroost; hoe is het mogelijk dat twee kinderen van dezelfde ouders zó verschillend kunnen zijn. Toch hebben ze met hun verschillende karakters elkaar positief gevormd, maar dat beseffen ze nu nog niet.

Koppig zitten ze tegenover elkaar: de wetenschapper en de creatieve geest. Zonder jongens als hij komen we niet verder in de wereld; zonder meiden als zij is de wereld kil, saai en somber. Ze vertrekken uiteindelijk allebei naar boven na een onbesliste strijd.

 

Met een zucht trek ik de voordeur achter mij dicht om te gaan zwemmen. Als ik terugkom, kijken ze samen naar een televisieprogramma. Mijn zoon voorziet het programma van allerlei komisch commentaar en mijn dochter ligt dubbel van het lachen. 

Net als toen met de playmobil……….

​

​

​

                                                                          februari 2019

Gepubliceerd in het tijdschrift Margriet nummer 21/2019!

Schermafbeelding 2019-04-07 om 19.45.37.

 

‘Kwijt

​

‘Mááááám, waar is mijn laptop?’ roept mijn zoon. ‘Op het glazen tafeltje’, roep ik van boven. Ik loop naar beneden; halverwege de trap komt hij mij al tegemoet. ‘Hij ligt er écht niet’ zegt hij overtuigd. In de huiskamer vis ik zijn laptop van het glazen tafeltje en kijk hem grijnzend aan. ‘Die heb je daar net neergelegd, want hij lag er echt niet’ roept hij verbaasd.

​

Story of my life; dingen terugvinden die kwijt zijn. Meestal onder een bepaalde tijdsdruk.

Sleutels die kwijt zijn terwijl er een trein gehaald moet worden, een handschoen terwijl het buiten vriest of een broek die al héél lang geleden in de was is gedaan (maar vervolgens zelf terug gekropen is onder het bed). Ook op onze gezinsapp staan regelmatig dringende vragen over zoekgeraakte spullen. Met een ‘Geen

paniek jongens, het is pas écht kwijt als mama het vanavond niet kan vinden’, bewaart Ruud meestal de rust.

​

Als ik ze vraag hoe het toch mogelijk is dat ze altijd alles kwijt zijn, krijg is steevast als antwoord dat dat komt omdat ík alles opruim. ‘Laat het nou maar gewoon liggen, dan weet ik waar het is’, zegt mijn dochter. Een beetje verslagen kijk ik dan naar mijn hoge rieten mand onder de spiegel. Bedoeld als leuk meubelstuk met interieurtijdschriften erop. Helaas, hij ligt bezaaid met haar tas, jas, schoolspullen, een schoen, een haarband. ‘Jongens, spullen opruimen’ roept Ruud dan ferm. Ondertussen zelf zijn dossiers op een eetkamerstoel deponerend, een stapel met bonnen op de boekenkast en de rest op tafel. Die jongen maakt overal een kantoor van. ‘Hypocriet’ noemen de kinderen dat, niet geheel onterecht. Een beetje gelijk hebben ze wel, ik ruim altijd alles op. Ik hou gewoon van opgeruimd. Na 35 jaar met

Ruud en 21 jaar met kinderen ben ik wel wat makkelijker geworden. Soms krijg ik het toch op de heupen en ga als een witte tornado door het huis. ‘Krijgen we bezoek?’ vraagt mijn zoon dan.  Grrrrrrrrrr. Ik geloof dat ik wel behoefte heb aan een lotgenoten groepje…..

​

                             

Gepubliceerd in het

tijdschrift Margriet nummer 

01/2020!

IMG_20191015_222628_589.jpg

‘De tandarts

 

Er moet een gaatje gevuld worden bij mij. ‘Het moet wel even verdoofd worden’ zegt de tandarts. Verdoving voor een gaatje vullen? Ik haat het om de rest van de dag met een gevoelloze wang rond te lopen en geen controle te hebben over je speeksel. Mijn tandarts en zijn assistente kijken mij verbaasd aan als ik de verdoving afwijs. We spreken een code af voor het geval het tóch te pijnlijk wordt.

​

Liggend in de stoel dwalen mijn gedachten af naar mijn kinderjaren. Mijn kaak was te klein, dus de tanden groeiden schots en scheef over elkaar heen. Op woensdagmiddag fietste ik regelmatig met mijn moeder naar de Uithof voor behandelingen, uitgevoerd door studenten tandheelkunde. Tijdens één van deze afspraken vocht in het hokje naast mij een kind zich al gillend en schreeuwend een weg uit de tandartsstoel. Mijn moeder, een ferm type, pakte mijn hand, keek mij dringend aan en zei: “jij gaat niet zo gillen.. tóch?! 

Ik trof een student die waarschijnlijk beter een andere studierichting had kunnen kiezen. Er moest een gipsen afdruk van mijn gebit worden gemaakt en de eerste mal liet hij te hard worden, waarna deze letterlijk alleen losgebikt kon worden. Ik gaf geen kik. 

​

De tweede liet hij kapot vallen en bij de derde was het gips nog te zacht toen hij de mal verwijderde. Vieze stukken gips kwamen in mijn keel terecht, waardoor ik moest kokhalzen. De student sprak toen de onvriendelijke woorden “stel je niet zo aan” en op slag veranderde mijn moeder in een furie. De jongen werd flink door haar onder handen genomen over zijn onkunde. De verantwoordelijke professor kwam aansnellen en kon zo net voorkomen dat deze jongen voor altijd een gipsen masker had voor het carnaval, aangemeten door mijn moeder. Ik vond mijn moeder een heldin! Uiteindelijk maakte een andere student een perfecte gipsen afdruk van mijn gebit, kreeg mijn moeder 1000 excuses en ik een ballon.

‘Niks gevoeld?’, vraagt mijn tandarts. Met een klap ben ik terug in het heden. ‘Nee, ging prima’, zeg ik. Dit keer krijg ik een hand en geen ballon…..   

​

​

 

                                                                                                           november 2018    

FB_IMG_1558462645591.jpg

Gepubliceerd in het tijdschrift Margriet nummer 50 /2018!

bottom of page